De dialoogtafel is een variant op de Talking Stick en een mooie vorm voor overleg.

Zorg voor een mooi ingerichte grote tafel d.w.z. een wit laken (papier) waarop geschreven kan worden en, midden op de tafel, een mooie gevulde schaal (fruit / lekkernijen) (fig 1). Deelnemers gaan willekeurig aan tafel zitten. Persoon 1 begint met zijn of haar verhaal. Zij heeft de “talking Stick”. Dit kan letterlijk een staaf zijn of iets wat er voor dient of gewoon de stift waarmee ze aantekeningen mag maken. Deze aantekeningen maakt ze op het laken (beetje in de ruimte voor je). De anderen mogen alleen vragen stellen gericht op het begrijpen van wat persoon 1 verteld. Pas als persoon 1 het idee heeft dat iedereen begrepen heeft wat ze wil zeggen, geeft ze de stift door aan persoon 2.

Het gaat dus niet of men het met elkaar eens is, maar dat men elkaar begrijpt”

Een ieder krijgt de stift, maakt aantekeningen op het laken en geeft de stift pas door als hij of zij zich volledig begrepen voelt (fig2).

Als iedereen geweest is, neemt met de schaal van tafel. Men ziet een wit vlak. Hierin worden de conclusies, overeenkomsten opgeschreven n.a.v. het gesprek aan tafel (fig3).

Doordat men eerst echt luistert, tijd neemt voor de beeldvorming, niet meteen discussieert over oordelen, zal men uiteindelijk veel sneller en efficiënter tot een besluit komen met een groot draagvlak, ook bij de tegenargumenteerders.